Inclusie

De link tussen initiatief en inclusie
Sociaal model van inclusie:
Het digitaal meldpunt vertrekt vanuit het sociaal inclusiemodel. Niet de leerling vormt het probleem, maar de schoolomgeving moet zo aangepast worden dat iedere leerling de kans krijgt om volwaardig te participeren en zich ondersteund te voelen, op een manier die past bij zijn of haar noden.
Mijn digitaal meldpunt erkent dat niet de leerling "het probleem" is, maar dat de schoolomgeving soms onbedoeld drempels opwerpt voor wie zorg nodig heeft. Bijvoorbeeld: sociale druk of schaamte om hulp te vragen, te drukke zorgmedewerkers waardoor hulp uitblijft en een voorkeur voor digitale communicatie bij sommige leerlingen.
In plaats van te verwachten dat de leerling zich moet aanpassen aan het bestaande zorgsysteem, pas ik het systeem aan aan de leerlingen – dat is exact waar het sociaal model voor staat.
ICF-kader:
Het digitaal meldpunt sluit aan bij het ICF-kader op basis van activiteiten en participatie en externe- en persoonlijke factoren. Het meldpunt helpt leerlingen om actief te participeren in het schoolleven, ook als ze met zorgen of problemen zitten. Zonder het meldpunt zouden sommige leerlingen misschien afhaken of zich terugtrekken omdat ze geen weg vinden naar hulp of ondersteuning. Door het meldpunt verlaag ik de drempel tot participatie. Leerlingen kunnen aangeven wat ze nodig hebben om goed te functioneren.
Het ICF-kader erkent dat de omgeving een grote rol speelt bij hoe iemand functioneert. Het digitaal meldpunt verandert de schoolomgeving van iets dat onbedoeld drempels creëert (bijv. enkel fysieke hulp vragen), naar een meer inclusieve omgeving die toegankelijk is voor verschillende noden en communicatievormen. Ik maak zorg beschikbaar op een manier die aansluit bij de leefwereld van leerlingen, wat een positieve omgevingsfactor is in ICF-termen.
Hoewel ik het gedrag of karakter van leerlingen niet verandert, speel ik wel in op hun persoonlijke voorkeuren en noden (introverte leerlingen, leerlingen met angst om te spreken, leerlingen die het moeilijk vinden om emoties te uiten, …).
GOK-beleid:
Niet alle leerlingen durven fysiek hulp te vragen. Door een digitaal meldpunt aan te bieden verlaag ik de drempel voor kwetsbare groepen, bereik ik ook stille leerlingen, nieuwkomers, leerlingen met faalangst of psychologische drempels en bied ik zorg op maat van hun noden en communicatievoorkeur. Dit sluit aan bij het GOK-principe van toegankelijke ondersteuning voor elke leerling, niet enkel de mondige of zichtbare leerlingen.
Leerlingen die met een probleem blijven zitten, raken sneller gedemotiveerd of haken af. Door een digitaal meldpunt aan te bieden voorkom ik dat hun problemen escaleren, help ik hen op tijd en verklein ik het risico op leervertraging of schooluitval. Het draagt dus bij aan het verhogen van het welzijn én de leerprestaties van álle leerlingen, wat een GOK-doelstelling is.
Door alle meldingen digitaal en gestructureerd te verzamelen krijg je als school beter zicht op wie welke noden heeft, kun je prioriteren en gericht begeleiden en detecteer je sneller systematische problemen, ook op klas- of schoolniveau. Dit helpt de school om structureel gelijke kansen te waarborgen.